Blog Layout

Volgooien, aftanken en optoppen

Marcel Hendriks • aug. 15, 2017
Inzicht als startpunt om de krijgsmacht minder afhankelijk te maken.

Krijgsmachten zijn grootverbruikers van fossiele brandstoffen. In de Verenigde Staten gebruikt het Department of Defense bijna 2% van het totaal. In 2016 is een nieuwe Operationele Energiestrategie gepubliceerd die de vorige uit 2011 actualiseert. In de Operational Energy Strategy 2016 staat het bovenstaande overzicht met waaraan die enorme hoeveelheid brandstof opgaat. Van groot belang voor de inspanningen om Defensie minder afhankelijk te maken van fossiele brandstoffen. In het overzicht vallen een paar dingen op.

De landgebonden systemen (inclusief USAF Ground) maken verhoudingsgewijs maar beperkt gebruik van fossiele brandstoffen (15%). Echter, in de praktijk zijn landstrijdkrachten het kwetsbaarst omdat ze bij inzet afhankelijk zijn van lange, moeilijke en risicovolle aanvoerlijnen om de brandstof bij de troepen te krijgen. Lucht- en zeestrijdkrachten opereren meestal vanaf een basis met een eigen betrouwbare energie-infrastructuur. Het gebruik van de landgebonden systemen is in dit overzicht niet nader gespecificeerd (UNK). Gelet op het enorme aantal voertuigen en de fysieke verspreiding daarvan, is de registratie ook moeilijker dan bij zee- en luchtsystemen. Maar niet onmogelijk! Fleetmanagers van grote transportondernemingen maken al lang gebruik van systemen waar per voertuig het brandstofgebruik wordt geregistreerd. Voor hen een onmisbaar middel voor het plannen van de dagelijkse operaties en cruciaal bij het voorbereiden van investeringen in nieuwe transportmiddelen.

Voor een krijgsmacht met de grootste vloot ter wereld wekt het relatief lage aandeel van de zeesystemen verbazing (14%). Het zou interessant zijn te weten hoe groot het aandeel nucleaire energie (onderzeeboten en vliegdekschepen) is ten opzichte van de totale hoeveelheid scheepsbrandstof en of biobrandstoffen verhoudingsgewijs al een kleine rol spelen? De US Navy gebruikt op bescheiden schaal biobrandstoffen.

Het aandeel van de luchtsystemen in gebruik bij luchtmacht, marine en mariniers is enorm (71%). Met name het gebruik van de "enabelers" tankers en airlift, valt op (32%). Dat lijkt buiten proportie in vergelijking met sea supply (4%). Zeker in aanmerking genomen dat de bulk van het transport toch over zee gaat. Onbekend is het brandstofverbruik van de ingehuurde commerciële transporteurs. Hoewel de Verenigde Staten beschikt over grote aantallen helikopters valt het brandstofverbruik daarvan relatief mee (2%).

De krijgsmacht is een mammoettanker die niet gemakkelijk van koers verandert. Geostrategische belangen, operationele doctrines, de bijhorende middelen en logistieke ketens laten zich niet eenvoudig aanpassen. Daar waar de huidige regering Trump sceptisch staat tegenover klimaatverandering, blijft de noodzaak om strijdkrachten minder afhankelijk te maken van fossiele brandstoffen echter onveranderd overeind. De huidige minister van Defensie, Generaal Mattis, was als bevelvoerend commandant in Irak een spraakmakende aanjager van inspanningen om zijn troepen te verlossen van de "tethers of fuel". Om dat te kunnen doen, zijn overzichten zoals hierboven nodig. 

In vergelijking met Nederlandse gegevens.

Zo'n gedetailleerd overzicht ontbreekt helaas nog in Nederland. In de Operationele Energiestrategie 2015 (OES) staat alleen een ruw overzicht waarbij luchtsystemen 58% en de zee- en landsystemen respectievelijk 34% en 8% van het totaal gebruiken. De meest in het oog springende overeenkomst tussen de Amerikaanse en Nederlandse gegevens is natuurlijk het enorme aandeel van de luchtsystemen. Om de ambitie in de OES te realiseren (in 2030 20% en in 2050 70% minder afhankelijk van fossiele brandstoffen), is vernieuwing en innovatie van militaire luchtsystemen dan ook onvermijdelijk. Noodzakelijk om aan te haken bij de energietransitie en om bij te dragen aan een veiliger wereld.
Share by: