Blog Layout

Militaire luchtvaart moet op zoek naar paradijsvogels

Marcel Hendriks • sep. 15, 2016
Rapport over de lucht- en ruimtevaartsector "Vleugels voor Nederland"

Het "The Hague Centre of Strategic Studies" heeft voor de Koninklijke Luchtmacht een studie uitgevoerd naar de toekomst van de lucht- en ruimtevaartindustrie. Nederland beschikt weliswaar over een gezonde en innovatieve sector maar het rapport "Vleugels voor Nederland" pleit toch voor een grotere betrokkenheid van niet-traditionele lucht- en ruimtevaartbedrijven. Het rapport wijst daarbij op twee relevante ontwikkelingen. Ten eerste de noodzaak om energiesystemen te innoveren. Vergroening en verduurzaming van systemen is volgens het rapport nodig om de operationele afhankelijkheid van energie te verminderen en om te voldoen aan milieuregelgeving. Ten tweede zullen nieuwe technologische ontwikkelingen zoals robotica, kunstmatige intelligentie, 3D-printing, nanotechnologie, etc. voor luchtstrijdkrachten cruciaal zijn om op termijn het verschil te maken.

Het is mooi dat "Vleugels voor Nederland" aandacht vraagt voor de noodzaak om in lijn met de Operationele Energiestrategie minder afhankelijk te worden van fossiele brandstoffen. Maar helaas is daar in het 119 pagina's dikke rapport verder niets over terug te vinden. Dat er werk aan de winkel is, is duidelijk. De luchtmacht gebruikt bij Defensie veruit de meeste brandstof en dat aandeel (58%) zal met de invoering van de JSF niet minder worden. Oplossingen worden in ieder geval niet gevonden met systemen zoals de HELLCAT waarvan een artist impression het titelblad van het rapport siert. De afkorting staat voor Heavy Lift Low Cost Autonomous Transporter; een drone waarmee containers door de lucht bij de troepen kunnen worden afgeleverd. Een leuk studie-object maar geen goed idee als defensie voor haar operationele inzet minder afhankelijk wil worden van energie.

Het is blijkbaar niet gemakkelijk om nieuwe state-of-the-art militaire vliegtuigen te ontwikkelen die minder energie gebruiken dan de systemen die ze vervangen; de JSF gebruikt circa 1,6 keer meer brandstof dan de F-16. De Amerikanen besteden veel geld aan programma's zoals het Adaptive Engine Technoloy Program en het Revolutionary Configuration for Energy-efficiency Program. Nuttige studies maar als nieuwe generaties militaire vliegtuigen weer groter, zwaarder en sneller worden dan hun voorgangers, gaat alle winst letterlijk in rook op. Structurele oplossingen liggen waarschijnlijk meer in een trend die "Vleugels voor Nederland" signaleert namelijk dat het vliegende platform zelf minder doorslaggevend wordt terwijl de systemen aan boord in toenemende mate de gewenste of doorslaggevende effecten bewerkstelligen.

Niet-traditionele bedrijven kunnen de energie-afhankelijkheid verminderen

Voor echte vernieuwingen zijn volgens het rapport disruptive technologies nodig; innovaties die zich kenmerken door een S-kromme ontwikkeling. Na een langzaam en door de traditionele industrie genegeerd begin, ontwikkelt een disruptive technology zich in korte tijd zo snel dat traditionele bedrijven alle zeilen bij moeten zetten om nog aan te kunnen haken. Hoe later dat gebeurt, hoe hoger de kosten. Het zijn volgens het rapport voornamelijk start-ups en niet-traditionele lucht- en ruimtevaartbedrijven die voor die vernieuwing kunnen zorgen.

Als die nieuwkomers er in slagen om van de gesignaleerde verschuiving van het vliegende platform naar de systemen aan boord een succes te maken, is er veel gewonnen. Nieuwe generaties jachtvliegtuigen kunnen dan kleiner, lichter en langzamer worden dan hun voorgangers, zonder aan gevechtskracht in te boeten. Luchtstrijdkrachten kunnen daarmee ook in de toekomst zorgen voor meer militaire veiligheid en tegelijkertijd bijdragen aan de strijd tegen klimaatverandering. Kortom, om in de beeldspraak van het rapport "Vleugels voor Nederland" te blijven: de sector moet op zoek naar paradijsvogels.
Share by: