Blog Layout

De maritieme sector maakt werk van het klimaatakkoord en de marine wil haar bijdrage leveren.

Marcel Hendriks • jul. 01, 2019
Na maanden doorrekenen en polderen is er een definitief klimaatakkoord. Dat biedt perspectief op meer veiligheid en het tegengaan van klimaatverandering. Het is voor Defensie ook een belangrijk moment: blijft het bij mooie voornemens of wordt er eindelijk doorgepakt? Defensie heeft sinds februari 2016 een Operationele Energiestrategie (OES). Het wil in 2030 20% minder afhankelijk zijn van fossiele brandstoffen en in 2050 70%. Bij de presentatie van de OES werd voor najaar 2016 een Plan van Aanpak beloofd. Dat werd later “voorjaar 2019”; maar is er nog steeds niet. De huidige beleidsdocumenten, de Defensie Energie en Milieubeleidsnota (DEM) en de OES worden dit jaar nog samengevoegd tot een nieuw document. Maar of er inhoudelijk iets gaat veranderen, is nog maar de vraag.  

De energietransitie bij Defensie is tot nu toe vooral een papieren tijger. Er zijn de afgelopen jaren slechts een paar “bottom-up” initiatieven geweest om nieuwe technieken en alternatieve brandstoffen te beproeven. Recentelijk kocht Defensie de zonne-auto Lightyear-one: om ervaring op te doen met e-mobility en de noodzakelijke infrastructuur. Goed voor de beeldvorming maar onder de streep zal het energiegebruik bij Defensie de komende jaren behoorlijk toenemen. Wie achterdochtig is, zou kunnen denken dat het investeren in nieuwe kennis – kennis die in het bedrijfsleven meestal al beschikbaar is – vooral een verbloemde manier is om tijd te winnen. Om zolang mogelijk het klimaatakkoord buiten de deur te houden. 

Van de drie krijgsmachtdelen lijkt de marine als eerste de bakens te verzetten. De Commandant der Zeestrijdkrachten, viceadmiraal Rob Kramer heeft aangekondigd dat de marine zich sterk maakt voor het emissieloos varen van toekomstige ondersteuningschepen van de marine. Defensie heeft vorig jaar uitgebreid proefnemingen gedaan met biobrandstoffen en wil die vlootbreed gaan gebruiken. Defensie heeft laten weten dat het de bedoeling is dat de vervanger van het M-fregat 20% minder brandstof gaat gebruiken. In de recente DMP-brief “Vervanging mijnenbestrijdingscapaciteit” staat de inspanningsverplichting om de voorziene toename van het brandstofverbruik zoveel mogelijk te beperken. Daarnaast beschikt de marine inmiddels over drie sleepboten met unieke en energiebesparende hybride technologie. 

Dat de marine als eerste krijgsmachtdeel serieus werk wil maken van de Operationele Energiestrategie, is op zich niet vreemd. Het heeft van oudsher zelf een goede kennisbasis en maakt deel uit van de sterke, innovatieve en zelfbewuste maritieme sector. Een bedrijfstak die zich niet laat ophouden en recentelijk een green deal heeft afgesloten. Met die green deal willen overheid, waaronder het Ministerie van defensie, zeehavens, maritieme branche-organisaties, verladers en vervoerders, banken en kennisinstellingen de uitstoot van CO2 door binnenvaart en zeevaart fors verminderen. Allemaal stakeholders met verschillende belangen die de handen toch ineenslaan om hun bijdrage aan het klimaatakkoord te leveren.  

De hamvraag is of Defensie de marine in de gelegenheid stelt vaart te maken. Blijft het op de hohouders trappen of neemt het haar verantwoordelijkheid? 
 
foto DNV GL
Share by: