Een nieuw kabinet moet voorkomen dat Defensie een reus op lemen voeten wordt.
Marcel Hendriks • 3 juni 2025

Defensie wil minder afhankelijk worden van fossiele brandstoffen, maar weet niet hoe.
Om in de toekomst relevant te blijven, wil Defensie minder afhankelijk worden van fossiele brandstoffen. Maar hoe dat te doen zonder aan slagkracht in te boeten, is een uitdaging.
In de Operationele Energiestrategie (OES-2015) en de daaropvolgende Defensie Energie en Omgeving Strategie 2019-2022 (DEOS) stelde Defensie zich tot doel om in 2050 70% minder afhankelijk te zijn van fossiele brandstoffen. Maar die doelstelling is onder het Kabinet Schoof vrijwel uit beeld geraakt. De Defensienota 2024 laat zich er niet over uit en de DEOS heeft geen opvolger gekregen. Klaarblijkelijk zag men de doelstelling "2050" meer als een rem op de ontwikkeling van de krijgsmacht dan als een voorwaarde om het militaire apparaat toekomstbestendig te maken.
Om de eigen doelstellingen te kunnen bewaken, rapporteerde Defensie tot voor kort jaarlijks haar energiegebruik. Daar is het zonder opgave van reden mee opgehouden. Als daar met een beroep op de Wet open overheid om wordt gevraagd, worden misleidende cijfers gegeven. De in de Stand van Defensie (mei 2025) gepresenteerde bijmengpercentages geven niet alleen een vertekend beeld, maar met name kerosine (0%) en scheepsdiesel (3%) blijven nog ver achter bij de doelstelling om in 2030 30% duurzame brandstof bij te mengen.
Een nieuw kabinet moet voorkomen dat de krijgsmacht een reus op lemen voeten wordt.
Defensie gaat de komende jaren flink investeren in nieuw materieel: voertuigen, vliegtuigen en schepen die vaak méér brandstof gebruiken dan de systemen die ze vervangen. Dat maakt de krijgsmacht kwetsbaar omdat "energie" steeds vaker wordt gebruikt als geopolitiek druk- en chantagemiddel. Ook het in de voorste linie krijgen van voldoende brandstof zal steeds moeilijker worden door geavanceerde dronesystemen. Je hebt niet veel aan je groot materieel als de peut op de bon is, of de aanvoer onder vijandelijk vuur ligt.
Op de aankomende NAVO vergadering zullen de lidstaten besluiten veel meer geld aan Defensie uit te geven. Dat is nodig gelet op de Russische dreiging, maar is om allerlei redenen ook een enorme opgave. Een nieuw kabinet — het huidige is net gevallen — zal met een nieuwe defensienota richting moeten geven aan een voor Nederland ongekende opschaling van de krijgsmacht. Daarbij moet de noodzaak om in 2050 70% minder afhankelijk te zijn van fossiele brandstoffen weer prominent als beleidsdoel terugkomen. Toegegeven een enorme uitdaging, maar onvermijdelijk: doen we dat niet dan is de krijgsmacht over twintig jaar een reus op lemen voeten.
foto Defensie: machinekamer van Zr.Ms. Johan de Witt